
Organisatie
Achter de Museumtramlijn staan drie organisaties. De Stichting Beheer Collectie Amsterdams Vervoer Museum (SBCAVM) is eigenaar van en beheert de collectie historische trams.
De tweede organisatie is de Stichting Electrische Museumtramlijn Amsterdam (EMA). Deze beheert de spoorlijn en verzorgt de exploitatie, zowel op de museumtramlijn als bij ritten in de stad. De EMA is lid van HRN (Historisch Railvervoer Nederland), de landelijke koepelorganisatie die de belangen van Nederlandse railmusea behartigt. De museumtramlijn valt wettelijk onder het Besluit bijzondere spoorwegen.
Ten slotte is er de vereniging Rijdend Electrisch Tram Museum (RETM). Onze vrijwilligers zijn lid van de vereniging en u kunt donateur of vriend van de vereniging worden; uw bijdrage komt dan bij de RETM binnen.
Historie
De spoorlijn waarop de Museumtramlijn rijdt met trams, is oorspronkelijk onderdeel van de inmiddels verdwenen Haarlemmerspoorlijnen. Deze worden tussen 1912 en 1918 aangelegd, maar succes blijft uit. Vanaf halverwege jaren 30 van de vorige eeuw worden steeds meer personendiensten geschrapt, de laatste passagiers worden in 1950 vervoerd. De meeste goederendiensten houden het tot begin jaren 70 uit. Het Haarlemmermeerstation wordt dan al niet meer aangedaan. In 1986 vertrekt de laatste trein uit Uithoorn naar Nieuwersluis.
Wij hebben toestemming om het ongebruikte deel van de spoorlijn voor historische trams te gebruiken. In 1975 beleeft de Museumtramlijn het eerste rijseizoen, vanaf het Haarlemmermeerstation tot aan de Ringweg A10, zo′n 1,5 kilometer in lengte. Vanaf dat punt gebruikt de NS dan nog de lijn om treinstellen voor de dan nog geïsoleerd liggende Schiphollijn aan en af te voeren.
Wanneer de Schiphollijn gereed is, kan de Museumtramlijn uitbreiden richting Amstelveen en groeit de lijn in fases tot zijn huidige lengte: ruim 7 kilometer. De gemiddelde tramlijn in de stad Amsterdam is ongeveer even lang.
Lijn 30
Informeel heeft de Museumtramlijn een lijnnummer en wel 30. In de praktijk wordt dat nummer vrijwel niet gebruikt. Naar Amsterdamse traditie krijgt de lijn ook een kleur: schuin groen-rood, geheel volgens het lijnkleurensysteem van het Gemeentevervoerbedrijf.
De historische trams rijden over het laatste restant van de voormalige Haarlemmermeerspoorlijn langs het Amsterdamse Bos, het grootste recreatiegebied in Amsterdam. Verschillende attracties in het bos, waaronder Fun Forest en boerderij Meerzicht, zijn vanaf onze haltes gemakkelijk te voet bereikbaar. Tussen Amstelveen en het eindpunt Bovenkerk biedt de tram een fraai uitzicht op De Poel*.
*) De Poel en Bovenkerk kunnen we tijdelijk niet bereiken door de werkzaamheden ter verbreding van rijksweg A9.