Geschiedenis
1893 - Concept Haarlemmermeer spoorlijn
In 1893 is het idee ter tafel gekomen voor een net van spoorlijnen in de Haarlemmermeer door toenmalig ir. T. Sanders met als prioriteit de lokaalspoorweg tussen Amsterdam en Haarlem.
1898 - Oprichting HESM
Omdat de HSM (Hollandsche Spoorweg Maatschappij) met een pakket eisen op tafel kwam waaraan lastig te voldoen was, is ir. T. Sanders in zee gegaan met de SS (Staats Spoorwegen). In 1897 is de concessie verleend en in 1898 is de HESM (Hollandsche Electrische Spoorweg Mij.) opgericht. Echter van dat "Electrische" in de naam is later weinig terecht gekomen.
1900 - Eerste Trams
in 1900 is de Gemeentetram Amsterdam (GtA) opgericht
1910 - Tramlijn 10
In 1910 werd lijn 10 de eerste geëlektrificeerde tramlijn in Amsterdam.
1912 - Opening
Ook toen was het niet geheel ongebruikelijk om tijdens de aanleg tegenslagen te verwerken te krijgen en zo is de lijn niet in zijn geheel maar in delen opgeleverd. Het eerste deel, tussen Haarlem - Aalsmeer en Hoofddorp - Leiden (Heerensingel) werd op 2 augustus 1912 feestelijk geopend.
Een met bloemen versierde trein van vijf rijtuigen ging met de Commissarissen der Koningin van Noord- en Zuid-Holland langs diverse stations om daar feestelijk welkom geheten te worden door de desbetreffende burgemeesters en wethouders.
1915 - Bijna Compleet
In 1915 was het hele net, op het stukje tussen Nieuwveen en Ter Aar na, zo goed als compleet.
1918 - Compleet
in 1918 was de gehele lijn compleet, inclusief het verloren stuk tussen Nieuwveen en Ter Aar.
1922 - Eerste Stadsbussen
in 1922 kwamen de eerste stadsbussen in Amsterdam.
1923 - Koninklijk bezoek
Ter ere van het 25 jarig regeringsjubileum van toenmalig Koningin Wilhelmina, werd en groot feest rondom het Willemsparkstation gehouden.
1928 - Amstelveenseweg
In 1928 wordt het gebied rondom het Willemsparkstation verder ontwikkeld. Veel van deze gebouwen staan er nog tot op de dag van vandaag.
1933 - Station Willemspark wordt Haarlemmermeerstation
In 1933 is het station aan de Amstelveenseweg officieel omgedoopt tot Haarlemmermeerstation.
1938 - Amsterdamse Bos
In 1938 is begonnen met de aanleg van het Amsterdamse Bos.
1938 - 2e Koninklijk bezoek
in 1938, ter ere van het 40 jarig regeringsjubileum van toenmalig koningin Wilhelmina, werd wederom het station omgetoverd tot koninklijke ontvangst voor de koninklijke trein.
1943 - GVB
In 1943 is het GVB ontstaan uit de samenvoeging van de Gemeenteveren en de GtA.
1949 - Drie-assers
In dit jaar doen de eerste series drie-assers hun intrede op het stadsnet van Amsterdam.
1950 - Einde Passagiers
Toen de eerste stukken van de Haarlemmermeerspoorlijnen in 1935 al gesloten werden, bleef er passagiersvervoer rondom Amsterdam. Op 2 september 1950 viel echter ook doek voor het passagiersvervoer op de lijnen rondom Amsterdam.
1957 - Gelede Trams
In 1957 doen de eerste gelede trams hun intrede. De zogenaamde 1G, ofwel de 1e serie Geleed.
1967 - Eerste Tram Gered
De eerste tram die later in de collectie van de SBCAVM terecht is gekomen is in dit jaar gered van de sloop. Dit zijn de 401 met bijwagen 908.
1972 - Het doek valt
Op 27 mei 1972 viel ook het doek voor het goederenvervoer op het stuk tussen Uithoorn - Amsterdam en Aalsmeer - Amsterdam.
Het laatste stuk van de Haarlemmermeerspoorlijnen dat nog goederenvervoer heeft gekend was de lijn Nieuwersluis-Uithoorn dat nog tot 31 mei 1986 goederen heeft vervoerd.
1975 - Oprichting
Toestemming werd verleend om het ongebruikte spoor te gebruiken voor historische trams. In 1975 beleefde de museumtramlijn het eerste rijseizoen, vanaf het Haarlemmermeerstation tot aan de Ringweg A10, een tracé van een kleine 1,5 kilometer lengte.
Ten zuiden van de A10 gebruikte de NS de lijn destijds om treinstellen voor de toen nog geïsoleerd liggende Schiphollijn aan en af te voeren.
1977 - Vereniging RETM Opgericht
De vereniging achter de EMA, waar al onze vrijwilligers lid van zijn, is opgericht in 1977.
1980 - EMA Opgericht
In 1980 is de stichting EMA, de huidige beheerder en exploitant van het laatste stukje der Haarlemmermeerspoorlijnen, opgericht.
1981 - Uitbreiding
Toen in 1981 de Schiphollijn gereed kwam, is de museumlijn uitgebreid naar Amstelveen en in fases gegroeid tot aan de Kalfjeslaan. Dit stuk is ook meteen geëlektrificeerd.
1983 - Amstelveen
In 1983 is het stuk spoor tot station Amstelveen geëlektrificeerd en in gebruik genomen.
1987 - AOM Opgericht
De Stichting Amsterdams Openbaar Vervoer Museum (AOM) was een organisatie die oude, trams verzamelde en er ritten voor publiek mee maakte op het Amsterdamse stadstramnet.
1997 - Bovenkerk
In 1997 is het laatste stuk spoor tot aan bovenkerk geëlektrificeerd en in gebruik genomen. Hiermee is de lijn zoals we die vandaag kennen, met ruim 7 Kilometer vanaf het Haarlemmermeerstation, compleet.
2002 - De Combino
IN 2002 zijn de eerste Siemens Combino's (13G / 14G) op het stadsnet van Amsterdam in gebruik genomen.
2010 - AOM Failliet
De stichting werd in juni 2010 failliet verklaard. De in 1965 opgerichte Tramweg-Stichting nam in september 2010, met hulp van de gemeente en donateurs, de Amsterdamse museumtrams uit de boedel van AOM over. Hiervoor heeft de Tramweg-Stichting de Stichting Beheer Collectie Amsterdam Vervoer Museum (AVM) opgericht.
2014 - Oprichting SBCAVM
2020 - Monument
Vanwege de cultuurhistorische waarde is het Amstelveense deel van de museumspoorlijn die loopt tussen Bovenkerk in Amstelveen en het Haarlemmermeerstation in Amsterdam, 26 mei 2020 definitief aangewezen als gemeentelijk monument. De Erfgoedcommissie had geadviseerd dat het spoortracé van grote waarde is als onderdeel van de tussen 1912 en 1918 aangelegde Haarlemmermeerspoorlijnen.
Alle in Amstelveen gelegen stationsgebouwen, spoorwegwachterswoningen en dienstwoningen hadden al een monumentale status. Bij de gemeente Amsterdam is een gelijk verzoek in behandeling.